Bouw Woordenboek

Een aedicula is een architectonisch element, oorspronkelijk uit de Romeinse bouwkunst, dat de ombouw van een nis aanduidt en dient om een beeld, altaar of andere elementen te omlijsten of te accentueren.

Een aerator is een apparaat dat wordt gebruikt om lucht toe te voegen aan een vloeistof, zoals water, of aan vaste materialen zoals grond.

Aerogel is een ultralicht, poreus materiaal dat voornamelijk uit lucht bestaat en bekend staat om zijn uitstekende thermische isolatie-eigenschappen.

Afbinden is de chemische reactie van een hydraulisch bindmiddel, zoals cement of gips, met water, waarbij het materiaal van vloeibare of plastische toestand overgaat naar een vaste vorm.

Afbladderen is het proces waarbij een aangebrachte laag, zoals verf of pleisterwerk, loslaat van de ondergrond in de vorm van schilfers of blaren.

Afboeren is het afsplijten van (prefab) beton, met name aan de randen van opleggingen of steunpunten, vaak als gevolg van te hoge belastingconcentraties.

De afbouwfase is de bouwfase die volgt op de ruwbouwfase, waarin een gebouw wind- en waterdicht is gemaakt, en omvat de werkzaamheden om het gebouw gereed te maken voor gebruik of bewoning.

Afbouwen in de bouw is de fase die volgt op de ruwbouw, waarbij een wind- en waterdicht gebouw wordt voltooid en afgewerkt tot het klaar is voor gebruik of bewoning.

Afbraak, ook bekend als sloop, is het geheel of gedeeltelijk verwijderen of uit elkaar nemen van een bouwwerk of een gedeelte daarvan.

Een afbreekmes is een handgereedschap met een uitschuifbaar mes dat bestaat uit meerdere segmenteerbare delen. Zodra een deel bot is, kan het langs een inkeping worden afgebroken om een nieuw, scherp snijvlak te onthullen.

Het geheel of gedeeltelijk verwijderen of uit elkaar nemen van een bouwwerk of een deel daarvan.

Afbrokkeling, ook wel bekend als 'spalling' in het Engels, is een proces waarbij kleine stukjes materiaal losraken van het oppervlak van bijvoorbeeld beton, steen of pleisterwerk.