Bouw Woordenboek

Een aschbak is een voorziening, vaak van metselwerk of metaal, bedoeld voor het opvangen van as en uitgebrande materialen afkomstig van vuurhaarden, met name bij stoommachines en spoorweginstallaties.

Asfalt is een bouwmateriaal dat wordt samengesteld uit mineraal aggregaat (zoals steenslag, grind en zand) en bitumen als bindmiddel.

Asfalteren is het aanbrengen van een laag asfalt op een oppervlak, zoals een weg, om dit te verharden en te beschermen.

Het proces waarbij een mengsel van bitumen en mineraal aggregaat (zoals grind en zand) wordt aangebracht en verdicht om een duurzame verharding te creëren, veelal voor wegen, parkeerplaatsen en fietspaden.

Een asfaltmengsel is een samengesteld materiaal dat hoofdzakelijk bestaat uit mineraal aggregaat en bitumen, gebruikt als verhardingsmateriaal in de weg- en waterbouw.

Asfaltvervorming is schade aan het wegdek waarbij het asfaltoppervlak van vorm verandert, wat zich kan uiten als spoorvorming of golvingen.

De askop is het deel van de molenas dat buiten de kap van een windmolen steekt en waar de roeden in worden bevestigd.

Een aslade is een verwijderbaar compartiment, vaak geplaatst onder een stookrooster in bijvoorbeeld een open haard of houtkachel, waarin de restanten van verbranding (as) worden opgevangen.

Een aslijn is een denkbeeldige lijn die in bouwtekeningen wordt gebruikt als referentiepunt voor de plaatsbepaling en uitlijning van constructieve elementen, vaak samenvallend met de hartlijn of een buitenzijde van een constructieonderdeel.

De asmaat is een bouwkundige term die de afstand tussen de middelpunten van twee opeenvolgende dragende elementen in een constructie aanduidt.

Assemblage in de bouw is het samenvoegen en monteren van verschillende (prefab) onderdelen tot een constructief geheel.

Een assemblagelijn is een productieproces waarbij producten stapsgewijs worden samengesteld aan verschillende werkstations.