Bouw Woordenboek

Een dakraam is een venster dat wordt geplaatst in het schuine vlak van een dak.

Een dakraamkozijn is een stelkozijn of frame dat wordt gebruikt voor de montage van een dakraam in een hellend dak of dakelement.

Een dakraamopening is een uitsparing in een dakvlak die bestemd is voor het plaatsen van een dakraam of lichtkoepel.

Een set aansluitelementen, veelal metalen gootstukken genoemd, die zorgen voor een waterdichte integratie van een dakraam in een hellend dakvlak met diverse dakbedekkingsmaterialen.

Een dakrainafvoer, ook bekend als hemelwaterafvoer (HWA) of regenwaterafvoer (RWA), is een systeem dat regenwater opvangt en afvoert van een dak.

De dakrand is de beëindiging van het dakschild aan de boven-, onder- en zijkanten en vormt de overgang tussen het dak en de gevelconstructie.

Een dakrandafdekking, ook wel daktrim of dakrandprofiel genoemd, is een profiel dat op de rand van een plat dak wordt geplaatst ter bescherming en afwerking.

Een dakrandafdichting zorgt voor een waterdichte afsluiting van de dakrand, met name bij platte daken, om het binnendringen van vocht te voorkomen en de dakconstructie te beschermen tegen weersinvloeden.

Dakrandafscherming, ook wel bekend als boeiboord, windveer of daktrim, is een afwerking aan de rand van een dak of dakgoot die bescherming biedt tegen weersinvloeden en bijdraagt aan de esthetiek van een gebouw.

De dakrandafwerking is de afwerking van de buitenste randen van een dak, zowel bij platte als hellende daken, die dient ter bescherming en esthetiek.

Een dakrandanker is een ankerpunt dat specifiek ontworpen is om valbeveiliging op daken te bevestigen en zo veilig werken op hoogte mogelijk te maken.

Dakrandbeveiliging is een collectieve veiligheidsvoorziening die langs de rand van een dak wordt geplaatst om valgevaar te voorkomen bij werkzaamheden op hoogte.