Bouw Woordenboek

Een dagstuk is een betimmering, meestal van hout, die aan de buitenzijde van een gebouw wordt aangebracht in de muuropening om de ruwe dagkanten te bedekken.

Een dagvenster verwijst in de bouwkunde heel soms naar een dakvenster of dakraam dat in het dakvlak wordt geplaatst voor daglichttoetreding.

Een dagverblijf is een gebouw of deel van een gebouw waar personen gedurende de dag verblijven en begeleiding of verzorging ontvangen.

Een dak is het bovenste deel van een gebouw dat dient als overdekking en bescherming biedt tegen weersinvloeden zoals regen, sneeuw, wind en temperatuurverschillen.

Dakgoot-isolatie detailtekeningen zijn technische weergaven die de aansluiting van dakgoten en isolatie op een gebouw laten zien, inclusief afwateringssystemen.

Dakafdichting is een beschermende laag die op een dak wordt aangebracht om het waterdicht, sneeuwdicht en tochtvrij te maken, waardoor het gebouw beschermd wordt tegen weersinvloeden.

Een flexibele band die wordt gebruikt om naden, voegen en aansluitingen op daken waterdicht te maken en zo lekkages te voorkomen.

Het systeem van voorzieningen dat regenwater en smeltwater van daken opvangt en gecontroleerd afvoert om wateroverlast en schade aan gebouwen te voorkomen.

Dakafwerking, ook wel dakbedekking of dakbekleding genoemd, is de buitenste laag van een dak die het gebouw beschermt tegen weersinvloeden zoals regen, sneeuw, wind en zonlicht en zorgt voor waterdichtheid.

Een dakanker is een ankerpunt dat wordt gebruikt als bevestigingspunt voor persoonlijke valbeveiliging op daken.

Een dakappartement is een zelfstandige woning op de bovenste verdieping van een gebouw, vaak gekenmerkt door schuine wanden en veel natuurlijk licht.

Een dakappartement is een woning die zich bevindt op de bovenste verdieping van een gebouw, vaak als omgebouwde dakruimte of als dakhuis, en soms ook penthouse genoemd wordt.