Bouw Woordenboek

Een driehoekspediment, ook wel fronton genoemd, is een driehoekige bekroning van een gevel, venster of ingang in de bouwkunde, vaak toegepast in klassieke architectuur.

Een drieklezoor is een baksteen met een lengte van driekwart van een hele steen (strek).

Een drielicht is een venster- of deuropening die is onderverdeeld in drie gekoppelde openingen, gescheiden door stijlen, smalle zuilen of muurdammen.

Een drielichtvenster, ook wel drielicht of triplet genoemd, is een venster dat bestaat uit drie naast elkaar geplaatste smallere vensters, gescheiden door stijlen, smalle zuilen of zeer smalle muurdammen.

Een drielobbige boog, ook wel drielobboog, klaverbladboog of driepasboog genoemd, is een boog die is opgebouwd uit drie cirkeldelen.

Een driepas is een geometrisch motief dat veel voorkomt in Gotisch maaswerk en bestaat uit drie elkaar rakende cirkels, vaak geplaatst binnen een grotere omschreven cirkel.

Een driepasboog is een boog die is opgebouwd uit drie cirkeldelen, waarbij de middelpunten van de cirkels een gelijkzijdige driehoek vormen en de segmenten elkaar zodanig raken dat een klaverbladmotief ontstaat.

Een driepasvenster is een venster of decoratief motief in met name de gotische architectuur, gekenmerkt door een indeling in drie cirkelvormige of spits toelopende 'passen' of 'lobben'.

Een driescharnierspant is een draagconstructie die bestaat uit twee vormvaste delen die scharnierend met elkaar zijn verbonden in de nok en scharnierend zijn opgelegd op de fundering.

Een driesnuit is een ornament dat wordt toegepast in maaswerk en bestaat uit drie 'visblazen' geplaatst binnen een cirkel.

Een drijflichaam is een voorwerp of constructie dat ontworpen is om te blijven drijven op water en wordt toegepast om drijfvermogen te geven aan objecten of personen.

Drijvend grondwater is grondwater dat zich tijdelijk of permanent boven een slecht doorlatende laag bevindt en daardoor geen direct contact heeft met het 'normale' freatische grondwater.