Bouw Woordenboek

Een goot is een langwerpige, vaak halfronde of bakvormige constructie die dient om hemelwater op te vangen en gecontroleerd af te voeren, met name vanaf een dak.

Een gootbalk is een balk die deel uitmaakt van een dakconstructie en dient ter ondersteuning van de goot.

Een gootbeugel is een bevestigingselement dat dient om een dakgoot stevig aan de dakconstructie of muur te bevestigen.

Een gootdrain is een kunststof of metalen gaaselement dat in een dakgoot wordt geplaatst om te voorkomen dat bladeren en vuil de afvoer verstoppen.

Een gootfries is een horizontaal bouwkundig element direct onder de dakgoot dat dient als afwerking van de gevel en vaak een decoratieve functie heeft.

Een gootklos is een houten of kunststof bouwelement dat dient ter ondersteuning van een dakgoot en vaak forser is dan een standaard gootbeugel.

Een gootkolk, ook wel straat- of trottoirkolk genoemd, is een voorziening in de verharding voor de afvoer van hemelwater naar het rioolstelsel of oppervlaktewater.

Een gootlijst is een afwerkingselement aan de dakrand van een gebouw.

Een gootplaat is een constructie-element, vaak een plaat, dat dient als overgang tussen het dakoppervlak en de dakgoot om regenwater gecontroleerd af te voeren.

Een gootrooster is een afdekking voor een goot of lijnafwatering, ontworpen om water door te laten en tegelijkertijd grover vuil, zoals bladeren en takken, tegen te houden.

Gootsporen zijn ondersteunende balkjes onder een overhangende gootconstructie.

Een gootsteen is een bak met afvoer en meestal een waterkraan, voornamelijk gebruikt in keukens voor taken zoals afwassen, spoelen en handen wassen.