Bouw Woordenboek

Een kantelbrug is een beweegbare brug waarvan het brugdek om een horizontale as roteert die haaks staat op de vaarrichting, om zo scheepvaartverkeer doorgang te verlenen.

Een kanteldeur is een type garagedeur dat bestaat uit één deurblad dat bij het openen in zijn geheel naar buiten zwenkt en vervolgens horizontaal onder het plafond van de garage komt te liggen.

Kantelen zijn de uitstekende, verticale elementen van een borstwering of balustrade, vaak gebruikt voor decoratieve of beschermende doeleinden.

Een kantelkiepscharnier maakt het mogelijk om een raam zowel om een verticale as (draaien) als om een horizontale as (kantelen) te openen.

Een kantelnok is een constructiedetail, vaak toegepast bij brandwanden, dat ervoor zorgt dat een bezwijkende staalconstructie bij brand kan kantelen zonder de brandwand mee te trekken.

Een kantelraam, vaak ook kiepraam of deel van een draaikiepraam genoemd, is een raamvleugel die aan de onderzijde scharniert en aan de bovenzijde naar binnen opent voor ventilatie.

De kantgording is de onderste gording in een gordingenkap, die vaak ook dient als binnenboeiboord.

Een kantlijst, ook wel plint genoemd, is een element dat aan de onderzijde van een leuning wordt geplaatst als onderdeel van een collectieve valbeveiliging.

Een kantpan-afwerkingslat, ook wel gevelpan-afwerkingslat genoemd, is doorgaans een houten lat die onder de kantpan (gevelpan) wordt aangebracht.

Een kantprofiel is een profiel dat wordt toegepast voor de afwerking en bescherming van scherpe randen van diverse materialen in de bouw en industrie.

Kantrechten is het bewerken van gezaagd hout om de gebogen randen van een boomstam recht te maken, zodat het hout een vierkante of rechthoekige doorsnede krijgt.

Een kantsteen, ook wel opsluitband of graskantsteen genoemd, is een element dat wordt gebruikt om verhardingen zoals wegen en paden op te sluiten en af te bakenen van aangrenzende gebieden zoals gazons of borders.