Bouw Woordenboek

Een poer is een ondersteuningsconstructie van beton of metselwerk, bedoeld om krachten vanuit een bouwwerk over te brengen en te verdelen op de ondergrond of paalfundering.

Een poerenfundering is een funderingsmethode, behorend tot de fundering op staal, waarbij de krachten van een constructie worden overgebracht op de draagkrachtige ondergrond via losse, verbrede steunpunten, poeren genaamd.

Een poerfundering bestaat uit afzonderlijke betonnen blokken, poeren genaamd, die onder specifieke steunpunten van een constructie worden geplaatst om de belasting naar de ondergrond over te brengen.

Een Pointmaster is een gereedschap, ook wel voegroller genoemd, dat wordt gebruikt voor het in één arbeidsgang afwerken van de voegen tijdens het metselen (doorstrijken).

De Poisson-ratio is een materiaalconstante die de verhouding beschrijft tussen de dwarscontractie (laterale rek) en de rek in de richting van de toegepaste trek- of drukbelasting (longitudinale rek).

Pokhout is een zeer harde, zware en zelfsmerende tropische houtsoort, voornamelijk afkomstig van bomen uit het geslacht *Guaiacum*.

Een polder is een gebied, omgeven door dijken of andere waterkeringen, waarvan de waterstand kunstmatig geregeld wordt ten opzichte van het buitenwater.

Polderbemaling is het actief verwijderen van overtollig water uit een polder, een laaggelegen gebied omringd door dijken, om de waterstand te beheersen en het land droog te houden voor diverse gebruiksdoeleinden.

Een poldergemaal is een installatie die overtollig water uit een polder pompt om het waterpeil te reguleren.

Een poldergoot is een watergang in een polder, vaak gebruikt voor de afvoer van overtollig water.

Een polder is een door dijken omringd gebied waarvan het waterpeil kunstmatig wordt geregeld.

Een polderstuk, ook wel expansiestuk genoemd, is een flexibel hulpstuk dat wordt toegepast bij de aansluiting tussen de binnen- en buitenriolering om zettingen en verschuivingen van de grond op te vangen en zo schade aan de leidingen te voorkomen.