Bouw Woordenboek

Een spiegelgewelf is een gewelf waarvan het bovenste, centrale deel is afgevlakt.

Spiegelglas is vlakglas voorzien van een reflecterende laag, meestal zilver of aluminium, om een spiegelend effect te creëren.

Spiegeling is het natuurkundige verschijnsel waarbij licht, of andere straling, wordt teruggekaatst door een glad oppervlak.

Een spiegeloplegging is een type oplegging waarbij een constructiedeel 'teruggehouden' is van de oplegging, vaak toegepast bij kanaalplaatvloeren.

Een spiegelplafond is een plafond afgewerkt met spiegelend materiaal, bedoeld om ruimtes optisch te vergroten en licht te verspreiden.

Een spiegel is een voorwerp, meestal een glasplaat voorzien van een reflecterende laag, dat licht weerkaatst zonder verstrooiing, waardoor een spiegelbeeld ontstaat.

Een spiegelstuk is een paneel dat vaak boven een deur wordt geplaatst om deze optisch te verlengen, meestal tot aan het plafond of een balk, en dat het uiterlijk heeft van de deur zelf.,,

Een spiegelvloer is een vloer die zeer glad is afgewerkt, vaak tot een hoogglans, waardoor deze sterk reflecteert.

Een spiegelwand is een wandoppervlak of constructie die is bekleed met één of meerdere spiegels.

Een spieker is oorspronkelijk een graanschuur of pakhuis, voornamelijk gebruikt in de Middeleeuwen voor de opslag van geoogste producten zoals graan.

Een spietje is de verkleinvorm van spie en kan verwijzen naar een klein, toelopend voorwerp, vaak van hout of kunststof, dat wordt gebruikt om iets vast te zetten, afstanden te creëren of te vereffenen in diverse bouwtoepassingen.

Een spijker is een langwerpig, puntig bevestigingsmiddel van metaal, meestal met een kop, dat wordt gebruikt om materialen, vaak hout, aan elkaar te verbinden door het in te slaan.