Bouw Woordenboek

Een tochtwerende deur is een deur die is voorzien van afdichtingen om luchtlekken en tocht tussen de deur en het kozijn te minimaliseren.

Tochtwering omvat maatregelen en materialen die worden toegepast om ongewenste luchtstromen (tocht) in een gebouw te voorkomen, met als doel comfortverbetering en energiebesparing.

Toegang verwijst naar de plaats, opening of doorgang waardoor men een gebouw of ruimte kan binnengaan of verlaten.

Toegangsbeheer is een beveiligingsmaatregel die reguleert wie, wanneer en waar toegang krijgt tot een gebouw, ruimte of specifiek gebied.

Toegangscontrole is een beveiligingsmaatregel die reguleert wie toegang krijgt tot een gebouw, terrein of specifieke ruimtes, en op welk moment die toegang is toegestaan.

Een toegangsdeksel, ook wel putdeksel genoemd, is een afdekking die wordt gebruikt om de opening van een put of inspectiepunt af te sluiten en toegang te bieden tot onderliggende leidingen of ruimtes.

Een toegangsdeur is een beweegbaar bouwkundig element dat toegang verschaft tot een ruimte of gebouw, of deze juist afsluit.

Een toegangshek is een constructie die dient om toegang tot een bepaald gebied te verlenen of te beperken, vaak als onderdeel van een afscheiding zoals een muur of hekwerk.

Een toegangshelling is een hellend vlak dat wordt aangelegd om hoogteverschillen te overbruggen en de toegang tot een gebouw of terrein te vergemakkelijken, met name voor personen met beperkte mobiliteit.

Een toegangsluik is een afsluitbaar paneel of deksel dat toegang biedt tot een onderliggende of achterliggende ruimte, zoals een kruipruimte, kelder, technische ruimte of een ruimte voor installaties en leidingen.

Een toegangspad is een pad of weg dat specifiek is bedoeld om toegang te bieden tot een locatie, zoals een gebouw, terrein, woning of perceel.

Een toegangspaneel, ook wel inspectieluik of onderhoudsluik genoemd, is een verwijderbaar paneel in een wand of plafond dat toegang biedt tot verborgen installaties of ruimtes.