Bouw Woordenboek

Een vensterband is een doorlopende onderdorpel, meestal vervaardigd uit natuursteen, kunststeen of beton, die zich aan de buitenzijde onder een reeks naast elkaar gelegen vensters bevindt en primair dient als waterkering.

Een vensterbank is een horizontale plank of plaat die aan de binnenzijde, onder een raam, is geplaatst.

Een historische belasting op basis van het aantal vensters en (buiten)deuren van een gebouw.

Een vensterboog is een boog boven een vensteropening die dient om de druk van het bovenliggende muurwerk op te vangen en af te leiden.

Vensterglas is een type vlakglas dat wordt gebruikt in ramen en deuren om daglicht binnen te laten en bescherming te bieden tegen weersinvloeden.

Een vensterkorf is een metalen traliewerk, vaak plat of licht gebogen, aangebracht in vensterkozijnen, voornamelijk op de begane grond, om inbraak te voorkomen.

Een vensterluik is een beweegbaar schot of paneel dat aan de binnen- of buitenzijde van een venster wordt geplaatst om het geheel of gedeeltelijk af te dekken.

Een vensteropening is een opening in een muur of gevel van een gebouw bedoeld voor het plaatsen van een raam of venster, met als hoofdfuncties lichtinval, ventilatie en uitzicht.

Een vensterscharnier is een scharnier dat specifiek ontworpen is om ramen of luiken op te hangen en een draaiende beweging mogelijk te maken.

Een venstertablet, ook wel vensterbank of raamtablet genoemd, is een horizontale plaat die aan de onderdorpel van een raamkozijn aan de binnenzijde van een gebouw wordt geplaatst.

Een vent is een opening in een constructie die bedoeld is voor de circulatie of afvoer van lucht, dampen of andere gassen, essentieel voor ventilatie.

Ventilatie is het proces van luchtverversing in een ruimte, waarbij vervuilde binnenlucht wordt vervangen door verse buitenlucht om de luchtkwaliteit te verbeteren.