Bouw Woordenboek

Een voegijzer, ook bekend als voegspijker, is een handgereedschap dat wordt gebruikt door metselaars en voegers om voegmortel aan te brengen, te verdichten en af te strijken in de voegen van metselwerk.

Een voegkam is een handgereedschap dat gebruikt wordt voor het afwerken van voegen in metsel- of tegelwerk, waarbij overtollige voegmortel wordt verwijderd en de voeg een strakke afwerking krijgt.

Een voegkoord is een flexibel en samendrukbaar materiaal, vaak in de vorm van een ronde streng, gebruikt in voegen om de diepte van de voegkit te begrenzen en hechting aan de onderzijde te voorkomen, wat de elasticiteit van de voeg bevordert.

Een voegkrabber is handgereedschap met een mes, gebruikt om materiaal uit voegen tussen stenen of tegels te verwijderen, zoals cement, onkruid of mos.

Een voegkruis, ook bekend als tegelkruisje, is een kunststof afstandhouder die gebruikt wordt bij het leggen van tegels of bestrating om een consistente voegbreedte te waarborgen.

Een voegkruisje, ook wel tegelkruisje genoemd, is een klein, meestal kunststof hulpmiddel dat wordt gebruikt om een gelijkmatige afstand tussen tegels te creëren tijdens het tegelzetten.

Voegloos metselwerk is een metseltechniek waarbij de voegen tussen de stenen minimaal zichtbaar zijn, wat resulteert in een strak en modern uiterlijk van de gevel.

Een voegmal is een gereedschap dat gebruikt wordt om voegen in metselwerk of tegelwerk af te werken en vorm te geven.

Voegmiddel is een materiaal dat wordt gebruikt om de ruimte (voegen) tussen bouwmaterialen zoals stenen of tegels op te vullen en af te dichten.

Voegmortel is een speciaal mortelmengsel dat wordt gebruikt voor het vullen en afwerken van voegen, met name tussen bouwstenen zoals bakstenen, betonblokken of natuursteen.

Een voegnaald is handgereedschap dat gebruikt wordt om voegen in metselwerk of tegelwerk uit te strijken en te verdiepen voor het aanbrengen van voegmortel.

Een voegovergang is een constructie in een wegdek of kunstwerk, zoals een brug of viaduct, die ervoor zorgt dat bewegingen tussen aansluitende bouwdelen, veroorzaakt door temperatuur, leeftijd of verkeersbelasting, kunnen worden opgevangen.