Voorhal

De voorhal, ook wel porticus, portiek of vestibule genoemd, bevindt zich aan de voorzijde van een gebouw, vaak direct voor de entree. Deze overdekte ruimte biedt beschutting tegen weersinvloeden en functioneert als een overgangszone tussen de buitenomgeving en het interieur. Historisch gezien is de voorhal een belangrijk architectonisch element, prominent aanwezig bij onder andere Griekse en Romeinse tempels, kerken en andere representatieve bouwwerken. De constructie van een voorhal bestaat typisch uit een dak dat ondersteund wordt door zuilen, pilaren, of muren. De vormgeving en de gebruikte materialen variëren sterk afhankelijk van de architectuurstijl van het gebouw.

Voorhallen worden gebruikt als entreegebied waar bezoekers kunnen wachten of samenkomen. Ze kunnen ook dienen als een decoratief element om de architectonische uitstraling van een gebouw te versterken. In kerkelijke architectuur staat een voorhal aan de westzijde van de kerk bekend als een narthex, dienend als entree of overgangsgebied voor kerkgangers. De term 'portiek' wordt eveneens gebruikt voor een overdekte entree of voorhal, vaak ondersteund door zuilen of pilaren. In Romeinse woonhuizen en vroegchristelijke kerken werd de term 'atrium' gebruikt voor een voorhal of voorzaal.

• https://www.encyclo.nl/begrip/overkapte
• https://www.encyclo.nl/begrip/voorzaal
• https://bouwencyclopedie.nl/term/definition/Portiek
• https://www.dbnl.org/tekst/_ver025192301_01/_ver025192301_01_0053.php
• https://nl.wikipedia.org/wiki/Sint-Johanneskathedraal_(Lublin
• https://bouwencyclopedie.nl/term/definition/Narthex